In het programmaboekje werd vermeld dat beide elftallen het verdienen om naar de 1e klasse te gaan. Voor DCG best bijzonder want het elftal van de roemrijke club was dit seizoen debutant in de 2e klasse. Waar De Meteoor en Wasmeer het niet konden bolwerken streed DCG, evenals Quick, tot de een na laatste speeldag mee om het kampioenschap. Naast de prestaties op het veld was DCG ook de enige club waar in de uitwedstrijd meer publiek van de thuisclub was dan van Quick. Het kenmerk van een finale is echter dat er maar een winnaar kan zijn. Gezien de onderlinge verhoudingen in de twee competitiewedstrijden lag het niet in de lijn der verwachting dat na de eerste wedstrijd er al iets van een beslissing zou vallen. Toch leek het daar in het begin van de tweede helft even op toen Michael Ouwerkerk een curieus doelpunt maakte, waardoor het 2-0 werd. “Dat scorebord mag wel uit, want die stand staat me niet aan”, grapte een van de humorvolle DCG supporters op de tribune.
Bij die stand merkte een van de Quickers op dat de voorhoede van DCG niet echt gevaarlijk was. “Pas maar op, in de competitiewedstrijd kwam DCG ook terug”, waren de achteraf profetische woorden van een andere Quick-toeschouwer. Lange tijd was het 2-1. Diep in de blessuretijd wisten de bezoekers toch nog de gelijkmaker te scoren. Gezien het spelbeeld van de wedstrijd was dat ook niet onverdiend. In een tweestrijd om promotie gaat het echter niet om verdiend of onverdiend, maar om het resultaat.
Komende zondag beginnen beide elftallen dus in evenwicht in Amsterdam, zoals ze ook in de competitie in evenwicht waren. Het zal van details afhangen wie feest mag vieren na afloop. Het rode shirten, zwarte broeken klinkt in de kleedkamer bij een tegenstander het mooist…………….